Nieuwsbericht | 
	  24-04-2020
WAGENINGEN - Door de grote hoeveelheid veldmuizen zijn 
	  er deze winter ook veel roofvogels te zien, zeggen de Vogelbescherming en 
	  Sovon Vogelonderzoek Nederland tegen NU.nl. Vooral op paaltjes langs de 
	  weg zijn veel roofvogels waar te nemen. Deze winter zijn vooral veel 
	  buizerds te zien, zegt Henk Sierdsema, roofvogelexpert van Sovon. Maar ook 
	  de torenvalk en de grote zilverreiger profiteren van het grote aanbod 
	  veldmuizen. Voor de veldmuis was de afgelopen lente erg gunstig. Oorzaak: 
	  een droog voorjaar, waardoor gemakkelijk in de grond te graven was, en een 
	  milde winter die daaraan voorafging. In Friesland, maar ook op andere 
	  plekken in het land, klonken veel klachten over de grote hoeveelheid 
	  muizen. De knaagdieren verblijven nu onder meer in bermen en dat is voor 
	  roofvogels een ideale plek om te jagen, zegt Lars Soerink, ecoloog van de 
	  Vogelbescherming. "De paaltjes in de berm zijn een uitstekende zichtpost 
	  voor bijvoorbeeld buizerds", aldus Soerink. "Zodra ze een muis zien, 
	  springen ze erop.
Het is een kansrijke plek om voedsel te vinden. 
	  Onze netheid speelt de vogels ook in de kaart. We hebben in Nederland goed 
	  gemaaide bermen, waar roofvogels muizen makkelijker kunnen zien." Buizerds 
	  uit Scandinaviƫ overwinteren in Nederland De op paaltjes zittende 
	  roofvogels - voornamelijk buizerds dus - zijn voor een groot deel 
	  afkomstig uit Noord-Duitsland, Scandinaviƫ en Oost-Europa. Ze zijn naar 
	  Nederland getrokken om hier de winter door te komen en hebben dus geen 
	  eigen territorium. Ook mollen staan deze winter hoog op het menu van het 
	  roofdier. "Normaal gesproken zitten mollen in de winter in de grond en 
	  zijn ze voor roofvogels onbereikbaar", legt Sierdsema uit. "Maar door het 
	  zachte weer zijn mollen behoorlijk actief. Je ziet ook al steeds meer 
	  molshopen."
Kiekendief steeds minder gezien
Ralph Buij, 
	  ecoloog van de Wageningen University & Research (WUR), vertelt dat het 
	  aantal buizerds in Nederland de afgelopen decennia flink is toegenomen. 
	  "Van enkele honderden tot meer dan tienduizenden broedparen nu."
Die groei is toe te schrijven aan de flink verminderde hoeveelheid 
	  pesticiden die in de landbouw wordt gebruikt. Ook de zeearend, slechtvalk, 
	  rode wouw en oehoe komen steeds meer voor in Nederland, zegt Buij.
	  Toch is het algehele beeld van de roofvogel in Nederland lang niet overal 
	  rooskleurig. De blauwe en bruine kiekendief, boomvalk, wespendief en 
	  ransuil worden volgens Buij steeds minder gezien. Regionaal geldt dat ook 
	  voor de havik en sperwer.
Sierdsema: "De meeste soorten in Nederland 
	  hebben het moeilijk. Door de bank genomen is er weinig positiefs te melden 
	  over roofvogels in Nederland."
(bron: NU.nl)