RIDGWAYS ZAAGUIL
Aegolius ridgwayi (Alfaro, 1905)
Taxonomie
| Orde | Familie | Genus |
| Strigiformes | Strigidae | Aegolius |
 |
Unspotted Saw-whet Owl |  |
Nyctale immaculée |
 |
Ridgwaykauz |  |
Civetta del Ridgway |
 |
Wlochatka bialolica |  |
Mocho imaculado |
 |
Brun pärluggla |  |
Mochuelo Moreno |
 |
Hvidbrynet Perleugle |  |
Бесполосый мохноногий сыч |
Synonym(s):
- Southern Saw-whet Owl
- Southern Saw-whet Owl
Status IUCN Redlist
| DD | LC | NT | VU | EN | CR | EW | EX |
Laatste IUCN publicatie update: 2016
► Eerdere publicaties...
2012 — Least Concern (LC)
2009 — Least Concern (LC)
2008 — Least Concern (LC)
2004 — Least Concern (LC)
2000 — Unknown (LR/LC)
1994 — Unknown (LR/NT)
1988 — Near Threatened (NT)
2012 — Least Concern (LC)
2009 — Least Concern (LC)
2008 — Least Concern (LC)
2004 — Least Concern (LC)
2000 — Unknown (LR/LC)
1994 — Unknown (LR/NT)
1988 — Near Threatened (NT)
Uilen informatie
Onder andere trends, afmetingen en gewichten, habitat, uiterlijke kenmerken
 |
De populatie trend van deze soort is stabiel. |
 |
Aegolius ridgwayi heeft 3 ondersoorten: - Aegolius ridgwayi ridgwayi - Aegolius ridgwayi tacanensis - Aegolius ridgwayi rostratus |
 |
Afmetingen en gewichten: Lengte : 18 - 21 cm Spanwijdte : - cm Gewicht : 80 - 90 gram |
 |
Kenmerken: De snavel van de Ridgeways zaaguil is zwart. Ogen zijn geel. Gezichtsschijf (cirkel van veren rond de ogen) bruin, met een centraal gebied duidelijker en met witte randen. Rug roodbruin. Gezicht roodbruin, donkerder aan de buitenkant, omgeven door een dunne witte gezichtsschijf. Witte aftekeningen op vleugels en soms staart. |
 |
Vlucht: Zijn vlucht wordt beschreven als "fladderend, behendig, met snelle vleugelslagen". |
 |
Habitat: Deze nachtelijke vogel broedt in open bergbossen, zowel in het nevelwoud als in het hoger gelegen eikenbos. |
 |
Geluid: Klik hier voor afspelen geluidsfragment (© Hans Matheve). |
 |
Voedsel: De Ridgeways zaaguil voedt zich met muizen, eekhoorns, vleermuizen en kleine vogels, soms kikkers en waarschijnlijk ook insecten. |
 |
Voortplanting: Er is bijna niets bekend over hun voortplanting. Er is geen nest beschreven, maar legt in maart tussen de 5 en 6 eieren, waarschijnlijk met behulp van een spechtennest. |
 |
Overige: |
Voorkomen in de wereld
 |
Aanwezig (inheems) - Extant (resident): Costa Rica Aanwezig (broedgebied) - Extant (breeding): El Salvador; Guatemala; Mexico Aanwezig & Migrerend (geen broedgebied) - Extant & Vagrant (non-breeding): Panama |
